Wanneer de elfjarige Lotte van haar dokter hoort dat ze mee mag op zomerkamp, is ze door het dolle heen. De documentaire Zomerdromen volgt haar tijdens dit speciale kamp voor kinderen met kanker. Omringd door lotgenoten voelt Lotte zich als ieder ander kind. Ze zwemmen, spelen spelletjes, doen TikTok-dansjes en dromen over de toekomst.
De elfjarige Lotte heeft kanker. Ziekenhuisbezoeken, bestralingen en chemokuren staan in haar leven centraal. De jeugddocumentaire ‘Zomerdromen’ (VPRO Jeugd) volgt Lotte tijdens een bijzondere week waarin ze op een zomerkamp voor kinderen met kanker gaat. Daar is ze omringd door lotgenoten met wie ze ervaringen deelt en droomt over de toekomst.
NPO Doc sprak Nieske van Beek, verpleegkundige en vrijwilliger bij de Stichting Kinderoncologische Vakantiekampen (SKOV), over de betekenis van dit soort kampen.
Ook al kan Lotte de ziekte door medicijnen en bijwerkingen niet helemaal vergeten, lijkt de kanker even heel ver weg. Verpleegkundige Nieske van Beek gaat als vrijwilliger van de Stichting Kinderoncologische Vakantiekampen (SKOV) mee op dit soort kampen. Ze is ervan overtuigd dat zo’n week een positieve invloed heeft op het herstelproces van de kinderen. Van Beek: ‘Het is heel mooi om het begin met het einde van een week zomerkamp te vergelijken. De kinderen hebben dan vaak zulke grote stappen gezet.’
Still uit 'Zomerdromen'
Een steentje bij kunnen dragen
SKOV is een overkoepelende stichting die kampen organiseert voor kinderen van verschillende leeftijden. Er zijn vele soorten kampen, waaronder Zomerzotheid, het kamp dat volgens Van Beek centraal staat in de documentaire.
De verpleegkundige is sinds 2006 actief bij SKOV. Van Beek: ‘Op dat moment werkte ik al een aantal jaar met kinderen die kanker hebben. Het eerste kamp dat ik begeleidde vond ik zo leuk dat ik vanaf toen elk jaar meeging. Nu ik als secretaris in het bestuur zit zie ik ook steeds meer het belang van donaties en sponsoring. De hele stichting draait op vrijwilligers dus we moeten het hebben van donaties. Het is heel fijn om op die manier mijn steentje bij te kunnen dragen. We willen dat ieder kind vanuit elk milieu op gelijke voet mee kan, dus we vragen geen bijdrage van de ouders.’
Het is heel mooi om het begin met het einde van een week zomerkamp te vergelijken. De kinderen hebben dan vaak zulke grote stappen gezet.
Still uit 'Zomerdromen'
Ieder kind met kanker welkom op zomerkamp
De kampen zijn specifiek bedoeld voor kinderen of jongeren met kanker. Tot zo’n drie jaar na het einde van je behandeling mag je mee. Verder zijn er geen strenge criteria, tenzij iemand té ziek is.
Van Beek: ‘Vaak denken de artsen graag mee met de planning van een zware behandeling, zodat een kind toch op kamp kan. Maar het komt wel eens voor dat kinderen zich te slecht voelen om mee te gaan. Een kamp is per definitie vaak minder slapen en veel activiteiten ondernemen. Dus als ze nog herstellende zijn van een laatste chemokuur of eigenlijk nog koorts hebben, dan kan het niet. Soms is het lastig om zo’n afweging te maken. Zo hebben we ook al eens gehad dat een kind vroegtijdig weg moest. Dat is erg jammer.’
Zieke kinderen hebben dezelfde dromen als andere leeftijdsgenoten
Per jaar krijgen zo’n zeshonderd kinderen in Nederland kanker. De kans dat gezonde kinderen een kind met kanker tegenkomen is volgens Van Beek niet zo heel groot: ‘Als het om de ziekte kanker gaat is een documentaire als Zomerdromen daarom belangrijk. Het kan de wereld van kinderen een beetje verbreden.’
Zieke kinderen zijn vaak net als hun leeftijdsgenoten: ze hebben dezelfde hobby’s en praten onderling over dezelfde toekomstdromen.
Van Beek: ‘Kinderen hebben misschien wel een opa, oma of ouder met kanker. Hun beeld van de ziekte is dan vaak beperkt: je hebt kanker, dat is heel erg en dan ga je dood. Natuurlijk gebeurt dat vaak, ook bij kinderen, maar dat is niet altijd zo. Een leven is niet zomaar voorbij en zo’n kamp kan ook een terminaal ziek kind nog heel veel brengen.’
Volgens Van Beek laat Zomerdromen zien dat zieke kinderen vaak net zo zijn als hun leeftijdsgenoten. ‘Ze hebben dezelfde hobby’s en onderling praten ze over dezelfde toekomstdromen.'
Still uit 'Zomerdromen'
Lotgenootschap op een ongedwongen manier
Dat de kinderen ziek zijn, kunnen ze niet negeren. Zoals Zomerdromen laat zien zijn er bijvoorbeeld veel kinderen op de kampen kaal, moeten ze medicatie slikken of hebben ze een sonde. Dat ze hier allemaal mee te maken hebben (gehad), schept volgens Van Beek juist een band.
Van Beek: ‘Het is lotgenootcontact op een hele ongedwongen manier. De kinderen begrijpen elkaar en praten onderling vaak heel gemakkelijk over wat ze meemaken. De documentaire laat dat heel mooi zien. Niemand staart je aan. Ze kunnen op dit kamp juist even net zoals de rest zijn. Ze zijn even meer dan dat kind in de klas met kanker.’
Ook zorgt het voor extra zelfverzekerdheid. Als kinderen met een hersentumor of vlak na een amputatie wat wankel op de benen staan, putten ze juist energie uit lotgenoten die alweer aan de betere hand zijn. Van Beek: ‘De grootste factor is misschien wel dat de kinderen kunnen spiegelen: “Had jij daar ook last van? Hoe heb jij dat opgelost?”. Dat werkt enorm mee aan het psychische herstelproces na de ziekte.’
Het is lotgenootcontact op een hele ongedwongen manier. De kinderen begrijpen elkaar en praten onderling vaak heel gemakkelijk over wat ze meemaken.
Still uit 'Zomerdromen'
Ouders krijgen vertrouwen en leren los te laten
Voor de ouders is het vaak even wennen dat hun kind soms wel een week van huis is. Van Beek: ‘Het is best wel een stap om je ernstig zieke of herstellende kind los te laten. Normaal gesproken houden ze alles in de gaten: neemt hij zijn pillen wel? Doet hij wel voorzichtig? Dat is voor ouders hartstikke spannend.’
De verpleegkundige ziet dat sommige ouders gedurende de week alsnog veel contact opnemen met hun kinderen. Uiteraard doen sommige kinderen dat zelf ook, omdat zij hun ouders missen en het spannend vinden. De verpleegkundige ziet hierin een goede les voor de ouders: leren loslaten. Ouders krijgen meer vertrouwen in hun kind en geven zo ook mee dat ze zelfstandig dingen kunnen.
Het is best wel een stap om je ernstig zieke of herstellende kind los te laten. Normaal gesproken houden ouders alles in de gaten: neemt hij zijn pillen wel? Doet hij wel voorzichtig?
Van Beek: ‘Het is logisch dat als je een ziek kind hebt, dat alles binnen het gezin draait om dat zieke kind. Het verschilt natuurlijk per gezin, maar over het algemeen is dit voor ouders een week waarin ze even niet naar het ziekenhuis hoeven. Een week waarin ze echt weer even op zichzelf kunnen focussen en aandacht voor elkaar of hun andere kinderen te hebben.’
Wie is Nieske van Beek?
Nieske van Beek werkt als verpleegkundige bij het Wilhelmina Kinderziekenhuis (WKZ) in Utrecht. Ze is daar werkzaam op de Kinder Intensive Care (IC). Op deze IC liggen ook kinderen uit het Prinses Máxima Centrum die intensieve zorg nodig hebben. Sinds de oprichting van dat ziekenhuis in 2018 werkt ze daar vanuit het WKZ nauw mee samen. Van Beek is op de Kinder-IC ook de contactpersoon voor de oncologie.
Sinds 2006 is Van Beek vrijwilliger bij de Stichting Kinderoncologische Vakantiekampen (SKOV). Vanaf dat moment gaat ze jaarlijks mee met de Zuiderzeevaart, een zeilvakantie voor jongeren met kanker. In april 2023 nam ze ook de rol van secretaris binnen het bestuur van de SKOV op zich.