Met deze week de volgende documentaires: 'Plastic dromen' van Max Ploeg, 'De Wolkenfietsers' van Gulsah Dogan, 'Patatje oorlog' van Pamela Sturhoofd en Jessica van Tijn, 'De originele Karina Beumer' van Karina Beumer, 'Draw for Change: Tree of Violence' van Anna Moiseenko, Ongeschreven regels-film 'Suikerwater' van Joep van Weelden en 'Queer genoeg' van Annemarije Rus.

Plastic dromen (33 min.)

Hij wil gewoon ‘shit fiksen’. De 23-jarige Nederlandse kunstenaar Pablo Cantatore is niet van de kleine dromen. Zijn werk dient maatschappelijk relevant te zijn. Het moet verbinden en verscheuren. En het gaat nu de basis vormen voor niets minder dan een miljoenenbedrijf. Nee, dan heeft Pablo ‘t niet over de ‘Cantatoren’ die hij wil bouwen van opgestapelde invalidenauto’s van het merk Canta. Hij wil de wereld veroveren met statiegeldbakken. Daarmee kunnen mensen hun statiegeld doneren aan daklozen en Nederlanders in armoede.

Ze willen de hele afvalketen ‘revolutionisen’, aldus Pablo’s compagnon Antonius Janssen, die veel zakelijker is ingesteld en er duidelijk ‘tantoe’ veel vertrouwen in heeft. Filmmaker Max Ploeg volgt de twee een jaar lang terwijl ze hun Plastic dromen (33 min.) uit proberen te laten komen. Pablo lijkt zeker van zijn zaak. Dit is meteen de oplossing voor al dat plastic afval. ‘Je kan niet om me heen als je dit wilt oplossen’, zegt hij stellig. Maar ook deze dromer zal ondervinden dat de weg naar succes bezaaid is met gevaarlijke bochten, kuilen en wegversperringen.

Gaandeweg begint de onderneming van Pablo en Antonius toch wel heel erg op een reguliere startup te lijken. ‘Het klinkt ineens een soort van alsof we niet meer fucks geven om daklozen, maar we still do’, zegt Pablo dan, ook tegen zichzelf. ‘Dat is de hele kern van het verhaal’, vult zijn partner dan ook nog trouw aan. ‘Dat is de hele kern.’ Pablo’s artistieke ambities beginnen vanaf dat moment steeds opzichtiger te botsen met het zakelijk instinct van zijn partner. Totdat de neuzen helemaal niet meer dezelfde kant op lijken te staan en er zowaar een crisis dreigt.

Ploeg belandt in de tweede helft van deze fijne korte docu steeds nadrukkelijker aan de zijde van Cantatore. De tragikomische toon waarmee hij de pogingen van het olijke duo om steun, aandacht en geld voor hun bak te krijgen tot dan toe heeft begeleid, maakt plaats voor een grimmigere sfeer als Janssen uit beeld verdwijnt en hun gezamenlijke droom uiteen spat. Althans, zo lijkt ‘t. Want het geladen einde van Plastic Dromen, opgetekend tijdens een huiskamerconcert waarin de hoofdpersoon zijn gemoed ziet weerspiegeld, voelt vooral als het opmaken van de tussenbalans.

Of de statiegeldbak de wereld gaat veroveren en vervolgens zowel Pablo als Antonius, als ‘de impactmakers voor de circulaire economie’ die ze in zichzelf zagen, daadwerkelijk miljoenen zal bezorgen, is dan nog ongewis.

De Wolkenfietsers - Erfenis van een droom (67 min.)

Ze behoren tot de tweede generatie wolkenfietsers. De broers Ruud en Gijs van de Wint beheren en exploiteren De Nollen, een voormalige vuilnisbelt in de duinen bij Den Helder die door hun vader Rudi gedurende ruim 25 jaar werd omgeturnd tot een levend kunstwerk. In de natuur bij zijn geboortestad maakte hij met bunkers, sculpturen en andere kunstwerken een klein paradijs. In het onderhoud daarvan gaat alleen enorm veel werk inzitten. Bovendien is de boel in z’n huidige vorm nauwelijks rendabel te krijgen.

‘Zorg ervoor dat je ‘t afmaakt!’ hield de kunstenaar zijn zoons voor, voordat hij in 2006 plotseling overleed. En daarvan hebben zij een levensopdracht gemaakt. In de woorden van oudste zoon Ruud: ‘Je boetseert door waar hij gestopt is.’ Buitenmens Ruud fungeert als geweten van De Nollen, de representant van zijn lekker dwarse vader die niets moest hebben van de reguliere kunstwereld. Zijn jongere broer Gijs, een echt mensenmens, zet daar realisme naast. Om te kunnen overleven moet De Nollen ook worden vernieuwd.

In de zeer fraaie documentaire De Wolkenfietsers - Erfenis van een droom (67 min.) volgt Gülsah Dogan de missie van de twee broers, die zelf met hun gezinnen ook in De Nollen zijn neergestreken. Zij leven letterlijk de droom van hun vader. Die wordt, al naar gelang je gezichtspunt, verrijkt/bedreigd door plannen om ook een R.W. van de Wint-museum te starten in de groene oase. Daar zouden de honderden schilderijen, die nu in Van de Wints opslag liggen te verstoffen, toegankelijk kunnen worden gemaakt.

Beoogd directeur Ralph Keuning wil van het museum in wording echter ‘geen mausoleum voor Rudi van de Wint’ maken, maar een bruisende plek waar ook ruimte is voor ‘de Rothko van 28 van nu’. Zo hoopt hij de 7.000 mensen die De Nollen nu per jaar ontvangen op te krikken naar zo’n 50.000 bezoekers. En dat roept bij de conservatoren van de droom van ‘de grootste kosmische kunstenaar’ Rudi van de Wind (1942-2006), zijn zoons Ruud en Gijs, serieuze vragen op. Gaat dit niet in tegen alles waar hun vader voor stond?

Want hun landschap mag dan een levend organisme zijn - bijzonder fraai vastgelegd met (drone)shots - het moet wel een eigen universum blijven. Cultuurclash verzekerd - ook, indirect, tussen de broertjes. Dogan vangt intussen de passie van de twee mannen, die altijd een kind van hun vader zullen blijven. Dit is wat ze zijn. Wat ze waren. En wat ze (willen) blijven. Ook als de meningen uiteenlopen over hoe precies. En ze mogen dan moeilijke tijden hebben gekend, in al die jaren is er nooit ook maar één schilderij verkocht.

Met parallellen tussen heden en verleden, door het vermengen van actuele scènes met de zoons en archiefbeelden van hun vader, laat Gülsah Dogan bovendien zien hoe zij daadwerkelijk een eenheid vormen met de oorsprong van De Nollen. En het ‘buitenlaboratorium’ voor Van de Wints kunst en de verheven vaderliefde van zijn zoons vormt meteen een idyllisch decor voor deze intrigerende parabel over de strijd tegen institutionalisering en het behouden van je idealen. Zonder daarbij te bevriezen in de tijd.

Patatje oorlog (52 min.)

Nee, Patatje oorlog (52 min.) is geen verslag van een broedertwist in het vredige Nederland tussen Friet-zeggers en Patat-roepers, die in het voordeel van de hardste schreeuwers is beslecht. Deze documentaire van Pamela Sturhoofd en Jessica van Tijn portretteert twee Nederlanders die friet bakken voor een betere wereld - of gewoon omdat het lekker is, óók of júist wanneer je wereld wordt bedreigd.

Tenminste, zo begon de missie van Franky van Hintum en Coen van Oosten enkele jaren geleden. Ze trokken met hun frietkraam naar Oekraïne, om de plaatselijke bevolking een hart onder de riem te steken en een bakje goudgele troost te offreren. Zo nodig met een combinatie van pindasaus, mayonaise en gesnipperde uien erop, ook wel een frietje oorlog genoemd. Of, voor de harde G’ers onder ons: een patatje oorlog.

Inmiddels is dat kleine menselijke gebaar, friet voor allen, uitgegroeid tot een loffelijk humanitair initiatief. Het Paulo Coelho-citaat ‘De wereld verandert door jouw voorbeeld, niet door je mening’, waarmee deze film start, in de praktijk gebracht. Daarna volgt een heftige raketaanval, waarin Franky en Coen in de zomer van 2023 verzeild raakten in de stad Kramatorsk. Hun grimmige eigen beelden getuigen van de hectiek ter plaatse.

De twee Nederlanders wisten ternauwernood aan de dood te ontsnappen. In tegenstelling tot dertien Oekraïners. ‘Ik wil naar huis’, was Coens eerste reactie. En toen daalde weer in waarom ze daar waren en reden ze hun ‘Holland supports Ukraine’-busje, met daarachter die roodgele frietkar, gewoon naar een andere plek in het door oorlog geteisterde land en vuurden daar, met een kogelvrij vest aan, het vet weer aan.

Inmiddels zijn Franky, die een Oekraïense vrouw heeft en die zich dus prima redt in de lokale taal, en zijn vriend Coen alweer aan een nieuw project begonnen. Ze hebben een voormalig hotel in Dnipro geschikt gemaakt voor de opvang van vluchtelingen. Met hulp van Denys Khrystov, bijgenaamd ‘De Hollander’, rijden ze af en aan naar de frontlinie, om met gevaar voor eigen leven bewoners te evacueren naar ‘The Holland House’.

Sturhoofd en Van Tijn geven de twee goeddoeners in deze deels door henzelf gefilmde docu alle ruimte om hun werk en drijfveren te delen. ‘Als je ‘t daar een heel klein beetje kunt verlichten, dat voelt wel heel fijn’, vertelt Franky bijvoorbeeld nuchter. ‘Misschien is het nog wel een soort egoïsme ook, want ik voel me fijn als ik bepaalde dingen gedaan heb. Dus misschien is het niet voor die ander, maar is het wel voor mezelf.’

Hoe het ook zij, deze sympathieke film toont hoe ook gewone Nederlanders het leven kunnen verlichten van medemensen die worden getroffen door oorlog. En dat gaat bij Franky en Coen veel verder dan het bakken van een portie friet of het serveren van een mexicano of lihanboutje. Luchtalarm of niet, aan iedereen die ’t wil serveren zij niets minder dan een Patatje Vrede. Vanuit een goed hart en met een praatje erbij.

De originele Karina Beumer (60 min.)

‘Dus... ik ontsla mezelf en plaats een vacature: Karina Beumer zoekt een vervanger voor zichzelf. En ik neem iemand aan om mij te zijn’, vertelt De originele Karina Beumer (60 min.) - dat moeten we tenminste maar aannemen - bij de start van deze gelijknamige film.

De Nederlandse beeldend kunstenaar, die kampt met 'writers block', geeft haar acht (!) vervangers vervolgens allerlei opdrachten. Maak een ruimtepak, met mama, bijvoorbeeld. Of: regel een tentoonstelling. En: maak het sculptuur af in het atelier. Daarbij krijgen ze toegang tot zo ongeveer haar hele leven. Behalve tot haar huis, want Karina's vriend Jan wil niets met het project te maken hebben. Tenminste, dat zegt Karina Beumer - naar verluidt de echte. Bovendien mag Karina™, zo heeft ze hoogstpersoonlijk verordonneerd, zelf niet aanwezig zijn bij het uitvoeren van die opdrachten.

‘Ik zei al tegen mensen’, bekent één van de sollicitanten lachend. ‘Als ze mij niet uitkiest, ga ik het misschien gewoon tóch doen.’ Zo geeft iedereen zijn eigen invulling aan het schimmenspel dat Karina rondom zichzelf heeft opgezet. Inclusief haar moeder Inge Beumer-de Boer. Tenminste… als dat inderdaad mams is. Een buitenstaander begint al snel alles in deze joyeuze film met argusogen te bekijken. ‘Gelukkig’ lijkt Inge inderdaad op de moeder uit Beumers vorige film (...) (2023), een al even associatieve en kolderieke tocht langs het Niet-Aangeboren Hersenletsel van Karina’s vader Ron.

En hoewel zij deze hele onderneming heeft opgezet om zichzelf te ontlasten en een deel van haar werkzaamheden uit te besteden, blijkt het nog een hele klus om de vervangers aan te sturen. Al die identiteiten - zowel de echte als de aangenomen - beginnen volledig door elkaar heen te lopen. Is dit de manier om te ontsnappen aan jezelf en aan een hectisch leven van deadlines en exposities? vraagt Beumer zich af, terwijl ze in haar provisorisch in elkaar geknutselde controleruimte naar haar eigen ‘meerkoppige Karina Beumer-monster’ kijkt. Hoeveel kun je van jezelf uitbesteden?

Terwijl ze zichzelf, in al die verschillende gedaanten, gecompliceerde levensvragen stelt, houdt Beumer ‘t ten allen tijde luchtig. De Originele Karina Beumer wordt daardoor al net zo origineel, grappig en ontregelend als recente films van/over/met geestverwanten zoals Bart Eysink Smeets, Dick Johnson en Stefano Keizers. En als argeloze kijker heb je alle gedachtenkronkels, spitsvondigheden en bokkensprongen van Karina™ en de (ex) Karina Beumers maar te volgen. Totdat hun zorgvuldig geconstrueerde werkelijkheid ’t ook voor niet-Karina’s verdomd lastig maakt om aan haar te ontsnappen.

Want in dit vervangingsproject, waarmee de initiator natuurlijk vooral in haar eigen hoofd laat kijken, is voor de verandering nu eens echt de verbeelding aan de macht.

Draw for Change: Tree of Violence (54 min.)

Ongeschreven regels: Suikerwater (19 min.)

Queer Genoeg (32 min.)