Piet (75) is een bekende Oeteldonker en bouwt al ruim veertig jaar aan de prijswinnende praalwagens voor carnavalsvereniging De Rare Schutters.
Hoe gaat het met u?
‘Prima! Ik heb een heel goed gevoel op dit moment. Zondag mogen we weer. Als er niks tussenkomt…’
U twijfelt daar nog over?
‘Ja, het voelt nog steeds onzeker. Er is de laatste weken zoveel verandering in de maatregelen. Het wordt ook geen carnaval als dat we gewend zijn. Geen uitbouw bij de cafés, geen tenten met Oeteldonkse kleuren. Het is helemaal kaal, allemaal anders.’
En de praalwagens?
‘Nee, ook niet. Wij hebben er zes weken aan mogen werken, toen moesten we stoppen vanwege corona. We waren voor vijftig procent klaar… Dat was een tegenvaller. Die wagen gaat nu door naar volgend jaar.’
En hoe gaat het met uw vrouw?
‘Helaas heel slecht. De suikerziekte is in de benen geslagen. Die gaat dit jaar niet mee, maar het maakt haar ook niet meer uit. Ze was nooit zo’n wild beest voor de carnaval.’
Waar kijkt u deze carnaval het meest naar uit?
’s Maandagsmorgens staat er iets te gebeuren! Maar ik weet niet wat. Ik moet ergens aanwezig zijn en er zijn ook wat andere prominenten aanwezig, meer weet ik niet. Hou ik wel van. Het carnavalsfeest is zo’n ge-wel-dig feest. Mensen zijn anders, ze zijn hun zorgen en verdriet kwijt. Ze denken nergens anders meer aan. Je bevindt je met carnaval in een andere dimensie. Als ik op zondagochtend van huis vertrek en ik zie bij het station al die mensen verkleed aankomen, dan is het net of ik dertig kilo lichter wordt.
Wat zou u zeggen tegen iemand die nog nooit carnaval heeft gevierd?
‘Als je iets niet zelf beleeft, dan maak je het niet bewust mee. Ga eens een dag mee! Ik ken mensen uit Amsterdam, Utrecht en Leiden die helemaal naar Den Bosch komen om carnaval te vieren. Die vinden het fantastisch. Je moet je wel een beetje aanpassen en je moet gewoon het gevoel hebben, anders gaat het niet. Het is net als met vakantie: als je geen zin hebt om te gaan, wordt het niks.’